-
1 zonder uitzondering
adv. to a man -
2 allen zonder uitzondering
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > allen zonder uitzondering
-
3 iedereen zonder uitzondering
iedereen zonder uitzonderingeveryone without exception, bar(ring) noneVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iedereen zonder uitzondering
-
4 geen regel zonder uitzondering
мест. -
5 uitzondering
♦voorbeelden:een uitzondering maken voor • make an exception forbij (hoge) uitzondering • (very) exceptionally, only (very) rarely, in exceptional caseseen uitzondering op de regel • an exception to the rulemet uitzondering van • with the exception of, excepting, saveiedereen zonder uitzondering • everyone without exception, bar(ring) none -
6 with no exception
zonder uitzondering -
7 exception
-
8 Ausnahme
Ausnahme〈v.; Ausnahme, Ausnahmen〉♦voorbeelden:ohne Ausnahme • zonder uitzonderingeine Ausnahme von der Regel • een uitzondering op de regel -
9 excepter
excepter [ekseptee]〈 werkwoord〉1 uitzonderen ⇒ een uitzondering maken voor, uitsluiten♦voorbeelden:sans excepter personne • zonder uitzondering -
10 bar
n. stang; tralie; tussenschot; wegversperring; salon; bar--------prep. zonder; behalve---------v. op slot doen, sluiten; versperrenbar1[ ba:]♦voorbeelden:bar of gold • baar goudbar of soap • stuk zeep4 a medal with a bar on the ribbon • een medaille met een balk/gesp op het lint→ horizontal horizontal/, parallel parallel/♦voorbeelden:be tried at (the) bar • in openbare terechtzitting berecht wordenIII 〈zelfstandig naamwoord; meestal Bar; the; werkwoord enkelvoud of meervoud〉♦voorbeelden:————————bar2〈werkwoord; barred〉♦voorbeelden:2 bar oneself in/out • zichzelf binnen/buitensluiten————————[ ba:ring] 〈 voorzetsel〉♦voorbeelden:all bar one • alle(n) op één nabar none • zonder uitzondering -
11 unterschiedslos
unterschiedslos -
12 нет правила без исключения
nRussisch-Nederlands Universal Dictionary > нет правила без исключения
-
13 all the world and his wife
-
14 bar none
-
15 every man jack
-
16 man
interj. "man", uitdrukking of gevoel dat geen werkelijke betekenis heeft (als in "Man, that was a hard task to do", "Man, I am so tired")--------n. man; mens; kerel; echtgenoot; voorwerp (bij een spel)--------v. bemannen, bezettenman1♦voorbeelden:man of figure/mark • man van formaatman of God • priester/domineeman of honour • man van eerman of means/substance/property • bemiddeld/vermogend manman of men • voortreffelijk mensthe man in/on the street • de gewone/doorsnee manman about town • man van de wereld, playboyman and wife • man en vrouwman of his word • een man van zijn woordman of the world • iemand met mensenkennis/ervaringmy (good) man! • m'n beste kerel!the very man • de persoon die men nodig heeft, net wie men zochtdrowning man • drenkelingit is not in a man • dat kan een mens niet(as) man to man/ (as) one man to another • van man tot manthe rights of Man • de mensenrechtento the last man • tot op de laatste manevery man for himself • ieder voor zichman for man • stuk voor stukas a/one man • als één manso many men, so many minds • zoveel hoofden, zoveel zinnen〈 spreekwoord〉 man proposes, God disposes • de mens wikt, God beschikt3 officers and men • officiers en soldaten/manschappenI'm your man • op mij mag/kan je rekenen4 make a man of • volwassen/een man maken vanmake men out of • mannen maken vanplay the/try to be a man • zich stoer houdenbe man enough to • mans genoeg zijn omhalf a man • slappelingmade man • geslaagd manbe enough of a man to • wel zo f zijn om te(all) to a man • eensgezind→ bread bread/, dead dead/, grand grand/, heart heart/, meat meat/, odd odd/, old old/, price price/, young young/————————man2〈werkwoord; manned〉♦voorbeelden:man a post • een post bezetten————————man3〈 tussenwerpsel〉 〈Amerikaans-Engels; informeel〉1 sjonge! -
17 without exception
without exception -
18 each and every one
allemaal zonder uitzondering,iedereen -
19 general elections
algemene verkiezingen (voor alle burgers zonder uitzondering) -
20 comporter
comporter [kõportee]1 met zich meebrengen ⇒ ten gevolge hebben, inhouden, vereisen♦voorbeelden:♦voorbeelden:1. v2) vereisen2. se comporterv2) functioneren, 't doen
См. также в других словарях:
Regel — 1. Die best Regul in allen Dingen ist, der Leib und die Seele müssen mit einander, doch das beste Theil vorangehen. – Opel, 375. 2. Es ist keine Regel so schnurgleich, die nicht ihre Ausszüg habe. – Petri, II, 269. Holl.: Daar is geen regel zoo… … Deutsches Sprichwörter-Lexikon
Niederdeutsche Sprache — Niederdeutsch Gesprochen in Deutschland, Niederlande, Dänemark[1], Russland, Kasachstan, Kirgisistan, Kanada, USA, Mexiko, Belize, Brasilien, Bolivien und Paraguay Sprech … Deutsch Wikipedia